Tijdens de hele coronacrisis stond het digibord in de recreatiezaal, maar afgelopen vrijdag kom ik de zaal binnen lopen en ik zie...geen digibord. Er moet worden ingelogd, de PowerPointpresentatie moet erbij gezocht worden en in de tussentijd moeten de mensen verwelkomd- en soms ook nog opgehaald worden. Tot slot wordt er gekeken of beeld en geluid in orde zijn. Op maandag kan ik dat laatste doen met collega’s van de activiteitenbegeleiding, maar die zijn er op vrijdagmiddag niet. Even sta ik in dubio…wat te doen?
Op dat moment komt mijn collega – één van de teamleiders – binnen gelopen en ze vraagt wat er aan de hand is. Blijkbaar zie ik eruit ‘alsof er iets aan de hand’ is. Ik vertel haar over het ‘vermiste’ digibord en we denken beiden dat we de meeste kans maken om het te vinden, als wij in ruimte 234 gaan kijken. Ze biedt aan om te helpen en ik merk dat ik het heel fijn vindt. De tijd verstrijkt en samen sta je sterk. We gaan naar boven en ondertussen kan ik mij uiten. Mijn hulpvaardige collega zegt: ‘Mens erger je niet, verwonder je slechts’.
Gelukkig staat het gezochte voorwerp in 234. Samen rijden wij het naar de eerste verdieping en ik sluit het aan. Ik vraag haar – inmiddels is de tijdsdruk toch echt wel groot, we hebben nog 6 minuten voor aanvang van de weeksluiting – of ze misschien ook nog wil helpen bij het controleren van beeld en geluid. We vragen een bewoner – die al klaar zat voor de activiteit – of we in zijn appartement mogen kijken en hij reageert heel bereidwillig. Samen lopen zij naar zijn appartement, zetten de T.V. aan en…ze zien de kabelkrant van De Haven in plaats van beelden van de recreatiezaal. Nog een tegenvaller…ik kijk naar de plek waar de camera hangt en zie dat er een nieuwe camera is gemonteerd. Mijn collega – ze is er maar druk mee – gaat op zoek naar een collega van de technische dienst en hij is er snel. Met elkaar, inmiddels is het 15 uur geweest, constateren wij dat er voor nu niets anders op zit, dan te beginnen met de weeksluiting. Gelukkig is het geluid wel in de huiskamers te horen.
Het werd uiteindelijk toch een gezegend samenzijn, de mensen in de zaal hebben ervan genoten. De mensen thuis hopelijk ook.
Ik dacht nog even terug aan de hectiek voor aanvang: wij staan in De Haven voor goede zorg, maar ook voor sterke collegialiteit. Dat houdt in, dat we elkaar tot een hand en een voet zijn, elkaar steunen, waar mogelijk.
In de afgelopen tijd heb ik daar veel voorbeelden van gezien. In de crisis deed iedereen wat in zijn of haar vermogen lag, om alle werk gedaan te krijgen. Als de ene collega even iets minder aankon, dan zette de ander een tandje bij en vice versa.
Na de weeksluiting schoot mij in gedachten dat er voor De Haven vier kernwoorden zijn gekozen, die goed bij De Haven passen: professioneel, gastvrij, verbindend en ondernemend.
Vandaag lag de nadruk op verbindend: de collega’s van verschillende teams moesten laten zien dat ze én flexibel zijn én inventief én onder tijdsdruk kunnen samenwerken. Wat mij betreft is dat goed gelukt. Lieve collega’s: heel hartelijk dank voor jullie collegialiteit!
Hoe is het met de ergernis, die er in eerste instantie was, toen verschillende zaken niet geregeld waren? Ik volg het advies op van mijn collega:
Ik erger mij niet, ik verwonder mij slechts.
In dit geval over de collegialiteit in De Haven.